vrijdag 26 maart 2010

Jij en ik

'Jij beschermt mij. Je leest samen met mij in mijn reddende boeken. Je wijst me woorden aan. Je drukt op de lantaarnknopjes tussen mijn ogen en mijn hersencellen, ik zie filmpjes die jij hebt gefilmd. Jij fluistert er een ondertiteling bij.
(....)
En ook als ik schrijf zit jij bij het doorgeefluik.
Je gooit met vreemde woorden die je voor de gelegenheid aan elkaar hebt geplakt.
Je trekt personages tevoorschijn en roept:' Edward, Edward, deze dan? Of deze? Ze zijn allemaal lief!'
(....)
'Jij houdt mijn hand vast en je laat de hele wereld denken dat het andersom is. Dat ik de jouwe vasthoud. 'Geeft toch niet,' zeg je.
'Geeft wel', zeg ik, 'het jongetje redt de meneer.' 'Haha,' zeg jij, en ik zeg:
'Beloof het dan. Beloof het me dan. Dat je nooit meer, nooit meer loslaat.'
En jij fluistert: 'Wat klinkt dat nou weer serieus ineens.'
Maar je hand knijpt hard in die van mij.'


Jij en ik  door Edward van de Vendel
(uit  Titaantjes waren we - Schrijvers schrijven zichzelf ter gelegenheid van de 75ste boekenweek)

Geen opmerkingen: