dinsdag 6 november 2007

Baren en Schrijven (2)

Vervolg op de vorige posting.

Kristien Hemmerechts. Eerlijk is eerlijk. Zij waagde het erop. En zij kan het. Een bevalling laten zien in woorden. Het baren vatten in taal.
Zonder de omweg van de ironie. Zonder hysterie.
Ja, min of meer zoals het is.

Een fragment uit haar roman Zuil van Zout. Hou je vast. (Of haak af. Dat kan natuurlijk ook.)

"Laat maar zakken, denk ik nu iedere keer, laat maar komen. Besef dat de baby eruit moet, haar tocht begonnen is, aanmoediging nodig heeft. Mijn hele lijf zit in mijn onderbuik, elke zenuw, al mijn bloed. Ik ben pijn. Korte momenten van geen pijn tussendoor. Ademhalen. Iemand bet mijn gezicht. Iemand geeft me een hand. Ik knijp een hand. Samen met de hand ga ik de wee in. Laat maar zakken, laat maar komen. Ik zit in een cocon van pijn. Ik adem in stootjes, ik hijg, wee na wee. Ik laat zakken, duw zachtjes mee, zit in een cocon. Plots wordt de cocon meedogenloos opengescheurd. Energie gulpt door mijn lijf. Ik klem mijn tanden op elkaar, bal mijn vuisten, span mijn lichaam. Ik duw. Ik duw al mijn ingewanden naar buiten. Ik duw het bloed mijn aders uit. Ik vermorzel de hand in mijn hand. Ik word opengereten, opengescheurd. En dan is er geen pijn meer. Mijn onderlichaam davert tegen de bodem van het bad, mijn tanden klapperen, ik kan mijn lichaam niet onder controle houden. Ik laat de hand los en geniet van geen pijn. Het is erg stil. Ik lig in een bad, het bad van het klooster. Overal is er bloed. Mijn bloed. Het is stil. Ik kijk naar de zuster en glimlach naar haar, maar zij kijkt naar iets tussen mijn benen. Dan zie ik het ook.
Ik probeer me op te richten, op mijn armen te steunen, het bibberen onder controle te houden, en kijk naar het met bloed en slijm besmeurde lijfje tussen mijn benen. "
(p. 151, Rainbow pocket)

Geen opmerkingen: